INHOUDSOPGAVE

Introductie

In het kader van de overgang van het klassieke naar het nieuwe beheer is de beta-versie van de taakbibliotheken naar het nieuwe beheer gebracht. Taak- en taakbibliotheekbeheer is nu nog een beta-versie, omdat er nog een klein aantal functionaliteiten uit Klassiek beheer ontbreken. Deze worden zo snel mogelijk toegevoegd. Alle superbeheerders krijgen standaard toegang tot het beheer van taakbibliotheken.


Deze beta-versie ondersteunt het overgrote deel van de functionaliteit voor taak- en taakbibliothekenbeheer die op dit moment beschikbaar is binnen Klassiek beheer. De belangrijkste functionaliteit die nog niet beschikbaar zijn in het nieuwe taak- en taakbibliothekenbeheer zijn:

  • Toevoegen van nieuwe taken en taakbibliotheken
  • Verwijderen van nieuwe taken en taakbibliotheken


Beheer

Het nieuwe taak- en taakbibliothekenbeheer is te vinden bij Dienstverlening > Dienstverlening > Taken & Taakbibliotheken



Je kunt hier een nieuwe taakbibliotheek aanmaken of kiezen uit een bestaande taakbibliotheek. 


Bij het aanmaken van een nieuwe taakbibliotheek kun je bepalen dat hierin alleen standaard opdrachten toegevoegd kunnen worden. Zo kun je het onderscheid maken tussen specifieke protocoltaken en standaard opdrachten welke ad hoc toegevoegd kunnen worden aan een dossier.


Wanneer een taakbibliotheek geopend wordt, wordt de lijst van taken in die bibliotheek getoond.


Na het openen van een taak krijg je verschillende tabbladen te zien.


Tabblad Gegevens

In dit tabblad is de meeste informatie over de taak te vinden, zoals een beschrijving, het taakID en gekoppelde documenten en schermen.


Voor informatie over wanneer de taak naar voren komt is er het Planning panel, waar duidelijk beschreven staat wat het standaard startmoment is (standaard voor taken die toegevoegd worden via het protocol, triggers en andere manier om taken toe te voegen kunnen hier invloed op hebben). Ook is er een verduidelijkende tekst toegevoegd die uitlegt wat startdag precies betekent en wat het effect van de duur is. Als de prioriteit van de taak afwijkt van de standaard, wordt deze ook weergegeven. Met de blauwe knop 'bewerken' kun je deze instellingen ook aanpassen.


Voor standaard vervolgacties voor de taak zelf, is er het panel Vervolgacties, hier staat informatie of het standaard gedrag van de taak in reactie tot standaard trajectgebeurtenissen zoals samengesteld verzuim en het afsluiten van het traject.


Voor bijzondere taken zoals standaard opdrachten komen er nog extra panels bij, beginnend met de Opdracht gegevens, waar enkele gegevens staan over de standaard gebruikersgroep die geselecteerd wordt bij het inschieten, en of het gekoppelde scherm door de opdrachtgever of de ontvanger ingevuld dient te worden.


Binnen het panel ‘Toevoegbaar in protocolvariaties’ wordt inzichtelijk gemaakt aan welke protocolvariatie de eigen opdracht toegevoegd kan worden.


Voor e-mailsignalen is er een panel bij waar inzichtelijk gemaakt wordt of er een e-mailsignaal gekoppeld is aan de taak met de details die daarbij horen zoals te gebruiken e-mailsjabloon, eventuele bijlage en de extra ontvangers.


Het is vanuit het tabblad Gegevens ook mogelijk om de taaksoort te wijzigen. Het aanpassen van de taaksoort kan van invloed zijn op de panels die je kunt instellen.


Tabblad Koppelingen

Het tabblad Koppelingen geeft een uitgebreid overzicht van waar de taak ingesteld is en dus vandaan kan komen. Het bovenste panel heeft informatie over in welke protocolvariaties de taak standaard voorkomt.

Hier kun je de taak ook koppelen aan verschillende (en meerdere) protocolvariaties.


Het tweede & derde panel op dit tabblad geeft de trigger inrichting weer. Het panel ‘Gekoppelde triggeracties’ geeft aan welke triggers van toepassing zijn die iets met deze taak doen (bijvoorbeeld welke de taak toevoegen aan het traject, of de taak annuleerd). Het panel ‘Gekoppelde triggervoorwaarden’ geeft aan welke triggers als voorwaarde refereren naar deze taak (bijvoorbeeld of de taak nog lopend aanwezig is). Wanneer je op de regel klikt, navigeer je direct door de beheerinstelling van die specieke trigger.

 

Op het laatste panel ‘Gekoppelde taken via gebeurtenissen en escalatie’ is te zien of deze taak toegevoegd wordt door een escalatie op een andere taak, of als notificatietaak wanneer een mail of sms (als onderdeel van een escalatie) niet verzonden kan worden.